Heerlijk relaxen in het zuiden van Thailand

(Geschreven door Walter)

Van Myanmar reizen we weer terug naar Thailand, dit keer om het zuiden te verkennen. We nemen een nachtbus die ons vanuit het noorden van Myanmar in circa 18 uur naar het Thaise grensdorpje Mae Sot brengt. Drie weken geleden hebben we dezelfde grensovergang gebruikt om via Thailand naar Myanmar te reizen. Het hostel waarin we toen sliepen is goed bevallen, dus we besluiten daar weer één nacht te verblijven. Bijkomend voordeel is het geweldige restaurant aan de overkant. Hier serveren ze heerlijke Thaise gerechten, iets waar wij onwijs naar verlangen na het tegenvallende eten in Myanmar.

Bangkok

Onze eerste bestemming in Thailand wordt ook dit keer weer Bangkok. Om daar te komen, nemen we om 09.00 vanaf Mae Sot de bus. Het scheelt trouwens niet veel of we missen de bus, want onze horloges én telefoons staan nog ingesteld op de Birmese tijd (in Myanmar is het 30 minuten eerder). In plaats van 08.30 is het dus al 09.00. We krijgen gelukkig al snel door dat we moeten instappen als de ietwat chagrijnige buschauffeur maar blijft zwaaien, terwijl ik nog snel wat water en koekjes probeer te scoren. Gelukkig proberen wij altijd minimaal 30 minuten van tevoren aanwezig te zijn, want anders hadden we echt de bus gemist!

Aangekomen in Bangkok voelen we direct de klamme, warme en vochtige hitte op ons afkomen. Hallo Bangkok! Gelukkig kennen wij het metronetwerk al op ons duimpje, waardoor wij de files en mensenmassa’s kunnen omzeilen. Aangezien het de bedoeling is dat wij de komende weken lekker gaan zonnen op de Thaise eilanden, slaan we de nodige hoeveelheid zonnebrand en aftersun in. Dit is moeilijker dan gedacht, want vrijwel alle producten bevatten ‘’whitening’’. Aziaten willen namelijk zo wit mogelijk zijn. Je ziet op straat ook iedereen met paraplu’s lopen. Niet tegen de regen, maar tegen de zon! Grappig hoe groot het verschil is tussen het Aziatische en Westerse schoonheidsideaal. Verder besteden wij de dag aan onze favorieten bezigheden in Bangkok: shoppen & eten!

Krabi

De volgende dag staat er weer een nachtbus op het programma, dit keer naar Krabi. Bepaald niet mijn favoriete onderdeel van reizen. De reden dat ik niet van nachtbussen houd is simpel: er snurkt altijd wel iemand, de stoelen kunnen nooit helemaal plat en er knippert altijd een lampje in het plafond wat mij irriteert. Aine vindt nachtbussen daarentegen helemaal het einde; de ideale mix van slapen in een rijdend voertuig en kostenbesparing.

In de ochtend komen we aan in Krabi, een plaats die vooral bekend is vanwege haar toeristische stranden. Nadat we eerst allebei een middagdutje doen, besluiten we in de middag een bezoekje te brengen aan Ao Nang Beach. Dit is een redelijk mooi strandje waar we de ondergaande zon bekijken. Het is echter nog niet het perfecte Thaise strand zoals je die in de brochures voorbij ziet komen. We besluiten daarom de volgende dag naar Railay Beach te gaan.

Railay Beach is enkel te bereiken per boot, dus ’s ochtends vroeg varen we met een longtail boat daarheen. En ja hoor, daar is ‘ie dan, een geweldig mooi strand met onwijs helder water, wit zand en enorme kalkstenen rotsformaties. Echt een paradijs! We zijn blij dat we er vroeg heen zijn gegaan, want vanaf 12 uur wordt het er onwijs druk. Rond een uur of 3 zien we ook nog eens hele donkere wolken naderen, dus besluiten we om zo snel mogelijk terug naar onze guest house te gaan. Net op tijd zijn we terug, voordat de hel los barst en we 4 uur lang getuigen zijn van een tropische storm. Zolang je lekker droog en veilig binnen zit, blijft het toch heel spectaculair om dit mee te maken.  

Koh Lanta

Het eerste tropische eiland waar wij gaan vertoeven is Koh Lanta. Bij aankomst in ons hostel huren we meteen een scooter voor een aantal dagen. Met z’n tweeën op de scooter, een heerlijk zonnetje en zoekend naar de mooiste plekjes op het eiland – beter kan niet. Op de eerste dag verkennen we het westen en het zuiden van het eiland. We lunchen met een heel mooi uitzicht en vinden er prachtige stranden die we vaak helemaal voor ons alleen hebben. Dit geldt alleen niet voor een strandje in het zuiden, wat deel uitmaakt van een National Park. Hier delen we het strand namelijk met wat andere toeristen én met hele brutale apen. Zodra wij het water in gaan, schiet er een aap richting onze tas. Deze apen zijn vingervlug en binnen de kortste keren heeft hij mijn tas geopend en wilt hij er met de cameratas vandoor gaan. Gelukkig word ik op tijd gewaarschuwd door wat andere mensen op het strand en probeer ik met mijn imposante lichaam de aap te laten schrikken. Helaas is de aap hier niet van onder de indruk en probeert hij mij zelfs te bijten. Met wat kunst en vliegwerk ontwijk ik zijn aanval en besluit hij gelukkig de cameratas los te laten en te vluchten (1-0 voor Walter). Het National Park is verder wel mooi om doorheen te lopen en we zien er veel watervaranen zwemmen.

De tweede dag rijden we naar het oosten van het eiland. Dit is het gedeelte van het eiland waar alle locals wonen en waar niet veel toeristen komen. Dit s​oort plekjes vinden wij juist geweldig, dus we rijden er lekker rond en eten wat bij een klein restaurantje. Wel zijn er hier heel veel insecten, iets wat Aine maar niks vindt, vooral nadat ze in haar been wordt gestoken door een bij. Zodra het in de namiddag begint te regenen, besluiten we terug naar het hostel te gaan om een potje te kaarten en wat te eten.   

Voor de derde dag staat er een georganiseerde tour op het programma, namelijk de Phi Phi tour. Eigenlijk zijn we niet zo van de georganiseerde tours (kost veel geld en je kunt niet je eigen tempo bepalen), maar voor deze tour maken we toch een uitzondering. We willen namelijk niet op de eilandengroep Koh Phi Phi overnachten omdat het ons te druk en toeristisch lijkt, maar we willen er wel voor één dag heen om de wereldberoemde stranden met onze eigen ogen te zien.

We worden ’s ochtends opgehaald en met een speed boat worden we in zo’n 40 minuten van Koh Lanta naar Koh Phi Phi Leh gebracht. Hier bezoeken we Maya Bay, bekend van de film ‘The Beach’, waar Leonardo DiCaprio in speelt. Het is precies zoals we hadden verwacht, onwijs mooi, maar overspoeld met toeristen. In de middag varen we naar Monkey Beach en Bamboo Island, waar we wat luieren en snorkelen. Helaas is bijna al het koraal dood, maar gelukkig zijn er wel veel mooie vissen om te bewonderen. Als laatste bezoeken we Koh Phi Phi Don, echt verschrikkelijk als je het ons vraagt. We zien maar een klein stukje van het eiland, maar het laat in ieder geval geen goede indruk achter. Niet mooi, ontzettend toeristisch, onwijs druk en je betaalt hier ongeveer drie keer zoveel voor een ijsje. Als we aan het einde van de middag weer voet aan wal zetten op Koh Lanta zijn we maar al te blij, heerlijk zo’n rustig eilandje. Al gauw zijn we het erover eens dat die overspoelde toeristische plekjes niets voor ons zijn.

Koh Mook

De volgende dag brengt de ferry ons naar Koh Mook, één van onze favoriete plekjes tot nu toe. Er zijn geen wegen en auto’s bestaan dan ook niet op het eiland. Via een zijspan op de scooter worden we van de pier naar ons guest house gebracht. De komende dagen verblijven we in een tentje vlakbij het strand. Dit is onze eerste tentervaring samen, dus we zijn allebei benieuwd naar de eerste nacht.  Ondanks dat het ‘s nachts fris is, slapen we heerlijk in ons nieuwe paleisje en worden we wakker door het geluid van de natuur en de zee. Het eiland is ontzettend mooi en er zijn amper toeristen, perfect als je het ons vraagt! Wel zie je op dit eiland goed dat de meeste mensen het niet breed hebben. De huizen zien er slecht uit en overal ligt afval.

Helaas slaat het weer vanaf de tweede dag om en houdt het niet op met regenen. Omdat dit eiland het vooral moet hebben van het strand, doen we het komende dagen lekker rustig aan en laden we de batterij weer goed op. Nadat we al een aantal dagen niet veel anders doen dan eten, spelletjes spelen en uitslapen, besluiten we om even sportief te gaan doen. We gaan namelijk kajakken naar de Emerald Cave. In de vroege ochtend huren we een kajak op het strand en peddelen we op open zee in een halfuur naar de ingang van de grot. Juist omdat het weer tegenvalt hopen we dat alle dagjestoeristen wegblijven vandaag. Bij aankomst is de ingang heel laag, wat ons doet afvragen of we wel voor de goede grot staan. Gelukkig hebben we hoofdlampjes meegekregen, want het is er binnen echt pikdonker. Na even peddelen bereiken we een schitterende geheime lagoon (zie video’s). En het mooiste is dat we de plek ruim een uur voor onszelf hebben, wat een geluk! Zodra we weer de grot uitgaan, staan de Chinese toeristen al klaar om in rijtjes naar binnen te zwemmen. Een grappig gezicht, maar we zijn blij dat we lekker vroeg bij de grot aankwamen zodat we de hordes toeristen konden ontwijken. We besluiten nog verder de zee op te kajakken en komen uiteindelijk bij een verlaten strand. Het is er erg mooi, maar er ligt ontzettend veel aangespoeld afval. Zo worden we er weer aan herinnerd hoe de stranden er normaal uit zouden zien, als de bevolking en de resorts het afval niet zouden weghalen.    

   ​  

Khao Sok National Park

Vandaag verlaten wij Koh Mook tot onze spijt en reizen we naar het Khao Sok National Park. Om deze plek te bereiken, nemen we eerst de ferry, daarna een mini-van en vervolgens stappen we over op een grote bus. Kortom, een hele lange reisdag. Bij aankomst in Khao Sok (het bijbehorende dorpje) merken we meteen dat het klimaat hier anders is. Het is hier namelijk een stuk frisser. We boeken direct een tour die ons de volgende dag door het National Park meeneemt (zonder tour mag je namelijk maar een klein stukje van het National Park in).

’s Ochtends vroeg worden we opgehaald en kan de tour door het National Park beginnen. Dit National Park is trouwens de natste plek van heel Thailand, maar gelukkig blijft het vandaag wel droog. Allereerst varen we zo’n 60 minuten over het Cheow Lan lake, een schitterend meer met mooi blauw water en gigantische kalkstenen rotsformaties. We pauzeren bij een drijvend dorpje, waar we lunchen met vers gevangen vis, rijst en groenten. Hierna begint de trekking door de jungle. Gelukkig hebben we de juiste schoenen meegekregen van ons hostel, want het is er spekglad! Niet iedereen heeft deze schoenen en voor hen is het meer een schaats-ervaring dan een trekking, haha! Dit doet ons erg denken aan de trekking die wij hebben gedaan in Myanmar, toen wij ook op gympen liepen.

Tijdens de jungle trekking horen we gibbons, zien we watervallen en lopen we door mooie riviertjes. Wel moeten we uitkijken voor bloedzuigers als we door de dichte bebossing lopen. Gelukkig worden we beide gespaard. Verder bezoeken we de Namtaloo Cave, een lange en vooral donkere grot. Het is best een pittig parcours, want vaak moeten we ons met handen en voeten vasthouden of staan we tot onze nekken in het ijskoude water. Maar het is een geweldige ervaring! Zodra we de grot weer uitlopen, zijn we wel weer blij om het daglicht te zien, maar kunnen we beide zeggen dat we geen last hebben van claustrofobie.

Koh Phangan

Vandaag reizen we door naar Koh Phangan, hét party eiland van Thailand. De weg er naartoe is al een hele kluif, aangezien de storm, die ons ook te pakken had in Koh Mook, nog steeds gaande is. Doordat de zee zo ruig is, heeft de boot meerdere uren vertraging. Als we eindelijk op de boot zitten en gaan varen, wordt Aine met de minuut misselijker (ondanks het nemen van een reispilletje). Als afleiding besluiten we een film te kijken en dit helpt gelukkig vrij goed. Door het slechte weer komen we pas in het donker aan, maar gelukkig hebben we al een hostel geboekt.

De volgende ochtend worden we wakker door, helaas weer, een keiharde regenstorm. Omdat we graag wel nog wat van het eiland willen zien, besluiten we om toch maar een scooter te huren, ondanks dat we die vaak aan de kant zullen moeten zetten om te schuilen. Op een gegeven moment regent het zo hard, dat de straten binnen een paar minuten helemaal blank staan en de putten het vele water niet meer aankunnen. Hierdoor ontstaat er een halve rivier in het midden van de weg, ook weer een hele ervaring haha (zie video's)! Ondanks dat we onze regenjassen aanhebben, zijn al onze kleren zeiknat en is er op de een of andere manier zelfs water in Aine haar telefoon gekomen (die is dan ook kapot helaas).

In de middag neemt de regen wat af en kunnen we toch nog wat van het eiland zien, zoals watervallen, uitkijkpunten en verlaten strandjes. Het enige voordeel van de regen is dat het overal lekker rustig is. Ja je hoort het goed, Koh Phangan heeft ook rustige plekjes! Koh Phangan staat namelijk vooral bekend om de Full Moon Parties. Dit is een maandelijks strandfeest dat, zoals de naam al doet vermoeden, tijdens volle maan wordt gehouden en waar duizenden bezoekers op afkomen. Ondanks dat onze planning het niet toelaat om tot de Full Moon Party op Koh Phangan te blijven, willen we toch wat van die beroemde party scene meemaken. We beginnen de avond bij een pool party, maar daar valt niet heel veel te beleven. We besluiten naar het strand te gaan waar de Full Moon Parties altijd plaatsvinden. Bij aankomst blijkt dat dit gewoon een verlaten strandje is met wat barretjes en live muziek. Enigszins teleurgesteld bestellen we een bucket (een emmer gevuld met drank) en kijken we naar de vuurspuwers die een show uitvoeren op het strand. Hoe langer we blijven, hoe gezelliger en drukker het wordt en al gauw bevinden wij ons in het midden van een limbodans. We kletsen gezellig met andere reizigers, lachen wat af en laten onze moves zien op de dansvloer. Uiteindelijk hebben we dus toch een hele leuke avond (zie video’s)! De volgende ochtend gaat het opstaan alleen iets minder makkelijk, maar we moeten toch echt de boot naar Koh Tao nemen. Daarover meer in de volgende blog!

   ​